Werknemers die in aanmerking willen komen voor een RVU-uitkering op grond van de RVU-regeling voor de Zoetwarenbranche dienen minimaal 6 maanden voorafgaand aan de uitdiensttredingsdatum gezamenlijk met de werkgever een verzoek in bij het Sociaal Fonds.
In overleg tussen werkgever en werknemer is het mogelijk om deze termijn van 6 maanden te verkorten naar minimaal 2 maanden. Dit geldt voor RVU-aanvragen die zijn ingediend in 2022.
Eén van de vereisten voor deelname aan de RVU-regeling is het verstrekken van een afschrift van een bankgarantie aan het Sociaal Fonds.
In deze bankgarantie verklaart de bank zich onvoorwaardelijk en op 1e afroep van het Sociaal Fonds garant te stellen voor de financiële verplichting van de werkgever aan het Sociaal Fonds in het geval de werkgever zijn financiële verplichting niet nakomt.
De praktijk wijst uit dat het voor werkgevers vaak niet haalbaar is om een afschrift van de bankgarantie binnen 2 à 3 maanden te overleggen aan het Sociaal Fonds. Daarom bieden het Sociaal Fonds werkgevers tijdelijk de mogelijkheid om het volledige RVU-bedrag in één keer vooruit te betalen. De verplichting om een bankgarantie te overleggen komt daarmee (tijdelijk) te vervallen. De gevraagde “verklaring going concern” moet wel nog steeds worden overlegd bij de RVU-aanvraag.
Deze uitzondering geldt alleen voor aanvragen waarbij de werknemer vóór 1 januari 2023 deelneemt aan de RVU-regeling. Voor RVU-aanvragen die in werking treden per 1 januari 2023 is een bankgarantie vereist en betaling van het RVU-bedrag in één keer niet mogelijk.
Vanaf 1 januari 2023 betaalt de werkgever naar eigen keuze de RVU-bijdrage per periode van een kwartaal, halfjaar of jaar aan het Sociaal Fonds.